Woordreeksen met b/p, d/t en g/k-inzet

b/p-inzet

baas

peen

bot

punt

bind

perk

bijl

pauw

beuk

baan

peter

bollen

pudding

bidden

pension

bijlage

pauken

beurten

paal

bier

pok

bal

pink

boek

pijl

buil

peuk

paashaas

bieden

ploffen

banken

pikken

boeren

pijnboom

buiten

peuzelen

beer

piek

bus

pand

bes

poes

bout

puik

been

piepen

bumper

pakken

bergen

poeder

bouwer

puinhoop

d-/t- inzet

deur

tuur

door

toer

dier

thuis

dijk

top

dat

tip

deugen

Turijn

domein

toestand

diepte

tuimelen

bijbeen

tokkelen

dakpan

timmeren

teut

deel

toon

daar

tier

dauw

tijd

dun

tas

denk

teugel

deken

tonijn

dagelijks

tiental

dauwtrip

tijger

dubbel

tarten

dertien

duw

teen

doen

taak

duik

touw

dor

turf

dik

tel

duurzaam

tevens

doedelzak

tafereel

duidelijk

touwladder

dorsen

tussen

dichter

tempo

g-/k- inzet

geur

kuur

gooi

koel

giet

kuis

giet

kok

gal

kind

geulen

kuuroord

godin

koekoek

giechelen

kuitbeen

gijzelen

komkommer

garnaal

kokker

keus

geen

koos

gaat

kier

goud

kijk

gul

kat

gek

keuken

geeuwen

koker

gala

kieviet

goudvis

keizer

gulzig

kapstok

geldig

Guus

keek

goed

kaal

guit

koud

gom

kuch

gif

kers

gure

keramiek

goederen

kabel

guitig

kauwgom

gordijn

kudde

gisteren

ketting

Naar de oefeningen